Project

Om de betekenis van Europa voor de burgers in al hun nuance, ambiguïteit en samenhang bloot te leggen, combineren we de Cognitive Mapping (CM) methode met een korte enquête en Implicit Association Test (IAT). De uitkomsten hiervan worden gekoppeld aan de demografische gegevens van de respondenten en hun stemgedrag tijdens de Europees Parlementsverkiezingen van mei 2014.

CM is een visuele en bottom-up methode om betekenisgeving van individuen te achterhalen. Respondenten construeren hierbij hun verhaal over Europa door hun eigen ‘cognitieve kaart’ van de EU te tekenen. Ze selecteren daarvoor 7 concepten die zij het sterkst associëren met de Europese Unie uit een lijst van 50 kenmerken, instrumenten of doelen (samengesteld op basis van een eerdere peiling onder burgers en EU experts). Vervolgens wordt hen gevraagd aan te geven hoe deze concepten in hun ogen samenhangen door pijlen tussen de concepten te trekken (zie figuur 1). Daarnaast wordt de deelnemers een kort survey afgenomen met vragen over hun demografische, politieke en sociaaleconomische kenmerken, kennis van de EU en (voorgenomen) stemgedrag bij de Europees parlement verkiezingen van eind mei. Na de Europees parlementsverkiezingen zullen wij participanten die daarvoor toestemming hebben gegeven benaderen met de vraag of , en wat zij gestemd hebben. Tot slot wordt een IAT afgenomen, hierbij wordt burgers gevraagd termen en plaatjes zo snel mogelijk in te delen in de categorieën ‘Nederland’, ‘Europa’, ‘positief’ en ‘negatief’. Hiermee kan het gevoel van burgers ten opzichte van de EU vastgesteld kan worden (Lane et al, 2007).

Het onderzoek wordt online afgenomen (DOE MEE!). Waar voor het afnemen van het survey en de IAT standaardapplicaties beschikbaar zijn, is voor het afnemen van de Cognitive Maps een nieuwe web-applicatie ontworpen door het project-team: DART. Deze applicatie zorgt er niet alleen voor dat mensen een ‘map’ digitaal kunnen tekenen maar ook dat de resultaten van het onderzoek automatisch worden weggeschreven in een digitale database. Hierdoor zijn we in staat de gegevens van grote groepen burgers in relatief korte tijd te verwerken en analyseren.

 Cognitive mapping

 Figuur 1: Het tekenen van de mentale kaart over de EU in de app  (een groene pijl van A naar B geeft aan dat A een versterking van B tot gevolg heeft. Een rode pijl geeft aan dat A een vermindering van B tot gevolg heeft)

Voorbeelden van Resultaten

Het onderzoek levert zowel kwalitatieve als kwantitatieve data over de ideeën van burgers over Europa op. Door deze gegevens te koppelen aan de demografische gegevens uit het survey kunnen uitspraken gedaan worden over de ideeën van specifieke groepen van burgers: Jong/oud, rijk/arm, man/vrouw. Ook kan worden vastgesteld hoe de betekenisgeving en gevoel van burgers samenhangt met hun stem- (of niet-stem-)gedrag bij de Europese Parlementsverkiezingen van mei 2014 (Arcuri et al, 2008).

In concreto is het mogelijk:

– uitspraken te doen over de belangrijkste thema’s en zorgen van burgers met betrekking tot de EU.
– een collectieve mentale kaart van de EU te genereren op basis waarvan duidelijk wordt welke verbanden burgers leggen tussen EU beleid en de waarden die voor hen belangrijk zijn.
– bloot te leggen welke aspecten van de EU positief en negatief gewaardeerd worden en waarom.
– de impliciete gevoelens van burgers ten opzichte van de EU bloot te leggen.
– het volgen van de gedachten en gevoelens door het verkiezingsjaar heen, bijvoorbeeld naar aanleiding van opmerkelijke gebeurtenissen of nieuwe informatie.
– al deze resultaten per demografische groep (rijk/arm; jong/oud; hoog/laag opgeleid)  te onderscheiden en vergelijken.
– de uitkomsten te relateren aan het stemgedrag bij de Europese Parlementsverkiezingen.

Referenties

  • Arcuri, L., Castelli, L., Galdi, S., Zogmaister, C., & Amadori, A. (2008). Predicting the vote: Implicit attitudes as predictors of the future behavior of the decided and undecided voters. Political Psychology, 29, 369–387.
  • Beaudonnet, L., D. Di Mauro (2012) ‘Support for Europe: Assessing the complexity of individual attitudes’, in: Beaudonnet, L. and D. Di Mauro (eds) Beyond Euro-skepticism: Understanding attitudes towards the EU, European Integration online Papers (EIoP), Special Mini-Issue 2, 16(9).
  • Cuperus, R. (2012) ‘Eurobarometer slechts voer voor eurofielen’, De Volkskrant, 9 oktober 2012.
  • Kahnemann, D. (2011) Thinking, Fast and Slow, Penguin, London.
  • Lane, K.A., Banaji, M.R., Nosek, B.A.,Greenwald, A.G., Understanding and Using the Implicit Association Test: IV.  What We Know (So Far) about the Method. In: Implicit Measures of Attitudes, Wittenbrink, B. and Schwarz, N. The Guilford Press. 
  • Schaffer, F.C. (2010) `Thin Descriptions. The Limits of Survey Research on the Meaning of Democracy`,  Political Concepts, Committee on Concepts and Methods, Working Paper Series, 45
  • Stoeckel, F. (2013) ‘Ambivalent or indifferent? Reconsidering the structure of EU public opinion’, European Union Politics 14: 23-43.